Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft beslist om zijn hele grondgebied om te vormen tot een lage-emissiezone. Daarmee geeft het opnieuw een concreet voorbeeld van de voordelen van de smart city voor de inwoners. Niet alleen technologieën, zoals slimme camera’s, spelen daarbij een essentiële rol, maar ook de transversale samenwerking tussen administraties via deze technologieën.
Een forse duw in de rug van de slimme en duurzame stad
1 januari 2018: de meest vervuilende voertuigen worden uit het verkeer verbannen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, te beginnen bij de oudste voertuigen die op diesel rijden. Dit rijverbod, dat doorlopend over het hele gewestelijke grondgebied van kracht wordt, zal jaar na jaar worden uitgebreid tot recentere voertuigen, ook degene die op benzine rijden. Deze maatregel geeft een forse impuls aan de duurzame dimensie van de smart city in het Brusselse Gewest. Ze kadert in het Lucht-Klimaat-Energieplan en draagt bij tot de verbetering van de luchtkwaliteit.
De lage-emissiezone is een smart city-project dat ook het leven van de automobilist moet vergemakkelijken. Zo zal geen enkele administratieve formaliteit nodig zijn, bijvoorbeeld om een vignet aan te vragen om op de voorruit aan te brengen. Alleen buitenlandse voertuigen zullen zich moeten aanmelden.
Hoe werkt de lage-emissiezone?
De lage-emissiezone is een voorbeeld van slimme administratie, door het benutten van de gegevens in het bezit van verschillende openbare diensten. Op technisch gebied doet de lage-emissiezone een beroep op de technologieën van de smart city en meer bepaald op het
gewestelijk videobewakingsplatform dat door het CIBG werd opgezet. Slimme camera’s voor automatische kentekenplaatherkenning, « ANPR-camera’s » genaamd, zullen in het verkeer de voertuigen herkennen die behoren tot de meest vervuilende emissiecategorieën (volgens euronormen 1, 2, 3 enz.) die uit het verkeer gebannen zijn. De bestuurder krijgt dan een boete in zijn bus. De camerabeelden zullen daartoe worden gekruist met de gegevensbank van de DIV (de administratie die de inschrijving van voertuigen beheert) via
de gewestelijke dienstenintegrator Fidus.
Een transversaal project over de grenzen tussen administraties heen
In de smart city werken administraties in netwerk samen met diensten, waarbij de traditionele scheiding van bevoegdheden wordt opgeheven. De lage-emissiezone (
zoals het project Fix My Street) is een van deze transversale diensten. Liefst vijf gewestelijke administraties werken samen aan dit project: Leefmilieu Brussel, Brussel Fiscaliteit, Brussel Mobiliteit, het CIBG en Brussel Preventie en Veiligheid.
Tot slot omvat de lage-emissiezone ook een participatief gedeelte. Bij de uitwerking ervan konden de Brusselse inwoners en ondernemingen een online rondvraag beantwoorden om hun mobiliteitsprofiel te bepalen, en coherente en aangepaste maatregelen te kunnen nemen in het kader van dit project dat de positie van Brussel op de wereldkaart van de smart cities versterkt.