Op 29 april vond een belangrijke primeur plaats in het Brussels Parlement: de instelling verwelkomde een panel van 45 Brusselaars (36 Franstaligen en 9 Nederlandstaligen) om het startschot te geven voor het project inzake de overlegcommissie over 5G. De 45 via loting geselecteerde burgers werd gevraagd om samen met 15 parlementsleden na te denken over de modaliteiten voor het uitrollen van 5G in Brussel. Zij moeten binnen iets meer dan een maand een aantal aanbevelingen formuleren. Een ware revolutie, want sommige burgers hadden nog nooit eerder een voet in de instelling gezet!
De loting verliep in twee fasen: eerst werden 10.000 Brusselaars van 16 jaar en ouder uit het rijksregister geloot en uitgenodigd om zich in te schrijven op het platform
democratie.brussels. Een tweede loting, onder zo'n 1.100 inschrijvingen, vond plaats op basis van de criteria van het reglement van het Parlement (leeftijd, geslacht, taal, enz.) en van de statistieken van het Gewest. Op die manier zou de overlegcommissie een zo getrouw mogelijke afspiegeling van de Brusselse bevolking vormen. Er werd een bijkomend criterium met betrekking tot de internetaansluiting toegevoegd, omdat het gezien het onderwerp van belang was zowel burgers met als burgers zonder internetaansluiting in het panel op te nemen.
De zitting van donderdag was in de eerste plaats bedoeld om het proces toe te lichten: tot 5 juni zullen zes vergaderingen plaatsvinden met een informatiefase, debatten, de formulering van aanbevelingen en vervolgens de voorstelling van het verslag. Eerst is een theoretisch luik nodig alvorens tot de kern van de zaak te komen: de modaliteiten voor het uitrollen van 5G.
"We hebben het over modaliteiten, want in België zijn het niet de gewesten die beslissen over de uitrol van het 5G-netwerk", brengt Tristan Roberti, parlementslid en voorzitter van deze nieuwe commissie, in herinnering. Verschillende aspecten, zoals de antennes, energie- en milieupreventie, economie en werkgelegenheid zullen aan bod komen.
In een interview met Vivacité wees Sophie Devillers, verantwoordelijk voor de begeleiding van het Brusselse project en doctoraalstudent aan de UNamur en de UCLouvain, erop dat het niet nieuw is om burgers te betrekken bij parlementaire werkzaamheden: in Ierland heeft dit bijvoorbeeld geleid tot de goedkeuring van het homohuwelijk!
Hoewel de overlegcommissie een uitstekende brug vormt tussen burgers en beleid, moet worden benadrukt dat de Brusselse regering niet verplicht is de aanbevelingen van de commissie op te volgen; de autoriteiten zullen zich niettemin moeten verantwoorden. Sophie Devillers verduidelijkt: "De aanwezigheid van verkozen vertegenwoordigers binnen het systeem is essentieel omdat we, op basis van het Ierse model, merken dat zo een doorgeefluik tot stand kan worden gebracht tussen wat met de burgers wordt besproken en wat in de instellingen zal worden besproken".
De volgende overlegcommissie buigt zich over de bestrijding van dakloosheid in Brussel. In de toekomst kan de werking in beide richtingen verlopen: het Brussels Parlement kan een commissie in het leven roepen, maar burgers evengoed, via een petitie.